2011 Historische overtocht “Rotterdam-New York-Rotterdam” met de “Rotterdam” van de HAL.

2011 Historische overtocht “Rotterdam-New York-Rotterdam” met de “Rotterdam” van de HAL.

Op 3 juli 2011 vertrekken we met het ms "Rotterdam" voor de klassieke oversteken vanuit Rotterdam naar New York en terug naar Rotterdam. Op de heenweg doen we Southampton aan en op de terugweg doen we Cork in Ierland aan.

Vaarschema:

Week 1

Zondag 3 juli 2011.

“TOEN WIJ UIT ROTTERDAM VERTROKKEN
MET DE EDAM DIE OUWE SCHUIT……..”

Dat is een beetje het gevoel dat wij hadden toen de trossen los gingen. Jammer genoeg werd dit lied niet door Lee Towers gezongen bij zijn afscheidsserenade. Hij, en ook zijn voorganger, de dubbelganger van Frank Sinatra, ze zongen alleen maar Engelstalige songs.
Toch was het een grandioos wegvaren, ’s avonds om 9 uur vanaf de kade van de Wilhelminapier in Rotterdam. Er stonden zoveel mensen ons uit te zwaaien. Ook voor Jan en mij waren er een paar, namelijk Bob en Gerard vanuit MonteVideo en Ruud en Willy vanaf de kade. Het was fantastisch, jongens, bedankt.
We zijn op weg naar New York. We treden daarmee in de voetsporen van vele Europeanen die vanaf 1873 met een van de Holland Amerika schepen of van zijn voorganger de KNSM op avontuur ging naar de Nieuwe Wereld. Tot 1920 kon je zo zonder paspoort op een boot stappen en daar naar toe gaan. Mijn overgrootvader, Leendert van Os, deed dat rond 1900 en ging daar werken. Hij stuurde zijn loon op, in dollars uitbetaald, 1 dollar voor fl3,60, en dat spaarde zijn vrouw zuinig op. Ze kochten er een paar pandjes van bij de Kruiskade en konden van de huur leven. En zo waren er velen die hun geluk beproefden aan de andere kant van die grote plas. Uiteraard was het voor bijna iedereen de bedoeling om er te blijven en wat van het leven te maken. Dat is ook velen gelukt.
De HAL heeft menigeen verscheept op haar vaste lijndienst. Tot dat de luchtvaart een te grote concurrent werd en de maatschappij noodgedwongen overstapte op de vakantiereizen, de cruises dus. Dit gebeurde in 1971, 40 jaar geleden met de Nieuw Amsterdam werd de laatste passagiersoversteek gemaakt.
Om dat te gedenken en ook om het cruisen in Europa verder te promoten heeft de HAL nog eenmaal een klassieke overtocht op touw gezet. En daardoor varen wij nu met de ms Rotterdam naar New York en ook weer terug. Wat een geweldige ervaring!
Met ons zijn er nog zo’n 700 Nederlanders, meest Rotterdammers zoals je om je heen hoort, aan boord om lekker in NY te gaan passagieren, al is het maar voor 1 dag. Er zijn er natuurlijk ook veel die daar van boord gaan en terug komen vliegen. Maar de terugtocht is ook weer volgeboekt met Amerikanen en Canadezen die niet zo graag vliegen en dan deze tocht gebruiken om in Europa te gaan reizen. Want dat is wel zo, zij gaan niet naar Nederland, maar naar Europa. Dat wordt door hen als 1 gebied en als 1 cultuur gezien. Wat ook wel een beetje zo is, al zien wij dat natuurlijk anders.
Aan boord zagen we weer veel oude bekenden van onze Pacific reis. Wij zijn net 4 maanden geleden van boord gestapt en nu al weer terug. Giawa, onze diningroom steward, is er nog. Hij heeft intussen promotie gemaakt en is host van de Free Seating geworden en maakt ook de tafelindelingen. Ook wij konden onze voorkeuren opgeven en daar heeft hij naar geluisterd. Voor hem hadden we een woordenboek meegebracht, Indonesisch/Nederlands en omgekeerd. Hij is immers bezig om Nederlands te leren. Van de winter hebben we hem elke avond een lesje Nederlandse taal gegeven en daar is hij mee aan de gang gegaan. En nu moet dat proces natuurlijk doorlopen. Met een luister- en een leesboek van “Pluk van de Petteflet” kan hij menig verloren uurtje vullen. Ik hoop dat het werkt.
De eerste dag bestond trouwens uit meer dan alleen maar wegvaren. Nadat Jan mij had afgezet en de auto bij oom Anton in Poortugaal gebracht had, konden we al snel aan boord.
Nadat we hadden gegeten en de koffers hadden uitgepakt, zijn we weer de wal opgegaan om bij Bob en Gerard op de thee te gaan. Daar, op de 27ste verdieping van Montevideo hadden we een uitstekend zicht op beide Halschepen, de Rijndam en de Rotterdam, die lagen te wachten op de nieuwe passagiers. In de loop van de middag kwamen daar nog Ruud en Willy bij. Zij brachten 2 flessen wijn mee, met het verzoek om die aan vrienden van hen te overhandigen als die in New York aan boord kwamen. Dat is toch een sympathiek verzoek, waar we graag gehoor aan geven.
Tijdens de lunch trouwens, bij het zwembad op dek 8, spraken we met medewerkers van TV Rijnmond. Zij varen tot NY mee en maken dagelijks een reportage. En die wordt dan de dag erna uitgezonden door TV Rijnmond. Na een paar verhalen die we vertelden, kwam de afspraak dat er een interview zal worden afgenomen in de loop van de week. Het thuisfront in de regio Rijnmond is inmiddels op de hoogte en kan het opnemen als men wil. Dit zijn leuke dingen.
Nog een verrassing stond ons te wachten. Tijdens de barbecue rond het zwembad zagen we oude bekenden van de Amsterdam rondlopen, namelijk Marius en Ria. Wat een fijn weerzien is dat. We hebben elkaar sinds 2008/2009 veel te vertellen. En we zitten bij elkaar aan tafel, door Giawa geregeld. En het is weer net zo vertrouwd als toen.
Dit waren de belevenissen van alleen de eerste dag nog maar. Gelukkig hebben we morgen een zeedag en kunnen we een beetje bijkomen.

Maandag 4 juli 2011, Independence Day voor de Amerikanen.

Vandaag doen we het inderdaad rustig aan. We maken een wandelingetje over dek 3 en na de lunch ga ik lekker op het achterdek in de zon liggen en Jan een paar rondjes op dek 9 in de zon lopen. Het schip vaart heel langzaam, maar 7 knopen. Dat moet ook wel, anders komen we veel te vroeg in Southampton aan. Dit is de enige stop voor de oversteek.
Op het achterdek kom ik tussen allemaal Rotterdammers te liggen en die zitten boordevol verhalen, wat een lol had ik er om. Ik vergat om me in te smeren en ben dus ook nog een beetje verbrand. Maar dat geeft niet, want het zou wel eens het laatste zonnetje tot aan NY kunnen worden. De Atlantische Oceaan is geen Carribean tenslotte, het kan spoken.
’s Avonds heeft de kapitein, Rik Krombeen, zijn bemanning in het Engels en in het Nederlands voorgesteld. Er zijn ook, speciaal voor de vele Nederlandse passagiers, 2 cruisedirectors aanwezig, eentje doet alles dunnetjes over in het Nederlands. En als laatste van deze dag hebben we een stukje fantastische Broadwayshow gezien. Er worden dan vaak musicalliedjes gezongen en er wordt bij gedanst. Het zag er gelikt uit.
Morgen doen we Southampton aan. Je kan dan excursies maken naar Londen en Stonehenge. Wij besluiten geen excursies te doen en spreken om 10 uur met Marius en Ria af om samen de stad in te gaan.

Dinsdag 5 juli 2011. Southampton

Zo gezegd, zo gedaan. Na een lekker ontbijt met omelet of gebakken eieren, easy over, zoeken we de uitgang van het schip op en gaan gezamenlijk aan wal. Het is dichtbij naar de oude stad en het is stralend weer. Eenmaal in het winkelgedeelte, na een stukje stadsmuur gezien te hebben en voor een gesloten St. Michielskerk ( dezelfde heilige als in Normandië bij Mont St. Michel )gestaan te hebben, zien we dat het vuil niet wordt opgehaald. Er wordt al voor de 2e week gestaakt. Het is een smerige bende op straat en bij alle prullenbakken. Na een kop (lees: teiltje) koffie gaan we nog een stukje verder en besluiten dan om het heel mooie winkelcentrum in te gaan. Dat was schoon en met mooie winkels. Toch gaan we na een paar uur terug naar het schip. Dat is maar goed ook , want het begint te regenen. Na de lunch moet ik toch maar aan de tekst van dit verslag beginnen.
Om 4 uur hebben we in de Neptunuslounge afgesproken voor een kop koffie bij Ria en Marius.
Om 5 uur gaan Ria en ik op zoek naar de Tai Chi les. Het was geen Roger die ons onderwees, maar het kan er mee door. Het is frappant dat, zodra ik er aan begin, alle bewegingen weer terug komen.
Om 6 uur voeren we weg, d.w.z. dat was de bedoeling. Maar er werd op nog een paar mensen gewacht. En toen we om half zeven al los van de kant waren, kwam er nog met grote stappen een jonge man aangebeend. De kapitein heeft toen nog kans gezien om een loopplank uit te gooien en hem aan boord te nemen. 5 minuten later en hij had kunnen zwaaien naar het schip en naar NY kunnen vliegen ( of meteen terug naar Rotterdam ).
Na nog een wijntje in de Oceanbar en een lekkere Sauerbraten en Kaiserschmarren moesten we naar het theater voor de eerste opname. In de Showroom at Sea treedt het Pasadena Roof Orchestre op. Die speelden de sterren van de hemel. Er werd zelfs door verschillende paren heel goed gedanst. Wij bleven maar bescheiden zitten. Onze dansprestaties hoeven zeker niet gefilmd te worden.
Na nog een blik in de disco op dek 9, besloten we maar naar de hut te gaan. Er moeten tenslotte ook nog foto’s gedownload worden en een verslag getikt. Gelukkig gaat de klok een uur achteruit, dat scheelt. En we hebben morgenochtend pas om 10 uur onze eerste lezing. Die gaat over Ocean Liners. Daar willen we bij zijn. We hopen wel dat we goed doorslapen, want om een uur of 4 gaat de Rotterdam het Kanaal uit en de Atlantische oceaan op, rond Lands End. En er zijn depressies op komst. De kapitein wil die bovenlangs passeren om het ergste geweld te ontwijken. Met 2 handen de reling vasthouden is het parool. We zullen zien. Gelukkig slapen we allebei goed.
Wat is een knoop?
De knoop is een eenheid van snelheid die veel gebruikt wordt in de zeevaart. Eén knoop is één zeemijl per uur. Eén zeemijl is gedefinieerd als precies 1852 meter. Een knoop is dus een snelheid van 1,854 km/uur of o,51444 m/s. Het is onjuist te spreken van ‘knopen per uur’ als snelheids aanduiding, omdat de tijdseenheid al in de eenheid zit. De eenheid “knopen per uur” zou een versnelling of vertraging aanduiden, deze wordt echter nooit gebruikt. Vroeger werd op zeilschepen de snelheid gemeten door een houtblok of plankje, “log”genaamd, aan een lijn overboord te gooien. Het log bleef tamelijk onbeweeglijk in het water liggen terwijl de boot doorvoer en de lijn afrolde. Door te meten hoeveel lijn in een bepaalde tijd afgerold werd kon de snelheid van het schip bepaald worden. Aanvankelijk werd de lijn apart opgemeten, later werden er op regelmatige afstand knopen in gelegd zodat de afgerolde lengte eenvoudiger bepaald kon worden. Uiteindelijk werd de afstand van de knopen genormaliseerd op 47 voet en 3 inches, wat met een standaard ‘glas’ (zandloper) van 28 seconden rechtstreeks de snelheid in knopen gaf. De telgegevens werden gerapporteerd aan de bootsman die ze noteerde in het logboek. De stuurman kon dan met deze gegevens navigeren.

Woensdag 6 juli 2011. Op zee

Het was inderdaad heel heftig met het weer, windkracht 8 à 9 en met golven tot wel 6 meter hoog. En dat gedurende de hele dag. Eerst dacht de kapitein dat hij er wel aan het eind van de middag omheen gevaren was, om de zware depressie heen. Dat was te vroeg gejuicht, want die depressie verplaatste zich oostelijk in plaats van zuid-oostelijk. Hadden wij last van zeeziekte? In het geheel niet, je moest je wel goed vasthouden aan de relingen overal, maar dat was alles.
’s Ochtends om 10 uur hebben we de eerste van een reeks lezingen over reizen per boot tussen Europa en Amerika bijgewoond, gegeven door een rasechte New Yorker uit Hoboken, genaamd Bill Miller. Wat een fantastische verteller is dat. Hij heeft zijn hele leven in Hoboken, aan de Hudsonrivier tegenover Manhattan gewoond. Hij zag de oceaanstomers dagelijks in tientallen tegelijk komen en gaan. Van kinds af aan was hij aan de waterkant te vinden. En later heeft hij menig kapitein geïnterviewd en de verhalen van en over de schepen in boekvorm uitgebracht, wel zo’n 80 stuks.
Hij vertelde over de Nederlandse, Duitse, Engelse, Franse en Italiaanse prestigeobjecten die de schepen met personenvervoer voor de landen waren. Tot aan het eind van de jaren ’50 was er geen ander vervoer dan per schip over de Atlantische Oceaan te komen. En met de komst van de vliegtuigen was dat vervoer ook meteen gedaan en moesten de maatschappijen andere doelgroepen aanboren. Dat werd het begin van cruisevakanties. Alleen de Cunard heeft nog 2 schepen die wekelijks een lijndienst onderhouden tussen Southampton en New York. Dat doen ze met de Queen Mary 2 en met de Queen Elisabeth 2. Naar wat wij gehoord hebben “very Brittish and very snobbish”.
Na deze lezing, hadden we besloten, om de danslessen te nemen om de weggezakte passen weer te herhalen. Alhoewel het moeilijk was om op de been te blijven, waagden we ons toch aan de wals. Dit keer krijgen we les van een Brits dansechtpaar uit Wales. Zij doen het uitstekend en dit kunnen we dus volhouden tot we alles weer opgehaald hebben.
Daarna hebben we ons rustig gehouden, tot dat we om half zeven bij het zwembad verwacht werden. We hadden namelijk contact gekregen met de tv-ploeg van TV/Rijnmond. Zij maken elke dag een Scheepsjournaal om de Klassieke Overtocht te verslaan. Ze doen dat met historisch materiaal en met opnames van de activiteiten die er overal in het schip zijn en met interviews uiteraard. En wij kwamen ook in aanmerking voor zo’n gesprek. Wat was er dan zo interessant voor de uitzending? Dat is ons enthousiasme voor cruisen en het feit dat we al meer dan 400 zeedagen hebben èn dat we al de ultieme cruise van 2013 geboekt hebben, namelijk die van Rotterdam naar Indonesië en terug in 91 dagen, met dit zelfde schip. Wat een enorme en fantastische reis gaat dat worden. We doen dan wel 80 havens aan.
We hadden het hele thuisfront van de opname en de uitzending, morgenavond, op de hoogte gebracht. En nu maar wachten op reacties. Het werd een leuk en vooral ontspannen gesprek.
Na het diner zijn we naar de film geweest, want weer duetten uit musicals, dat kennen we zo langzamerhand wel. Het zijn nooit duetten uit “De Jantjes”, “Kruimeltje” of “Ja zuster, nee, zuster”.
Na een klein gokje op de speelapparaten was het bedtijd. De klok gaat een uur terug en dat is altijd gunstig. En met de nog steeds ruige zee is het ook niet leuk om in het Crow’s nest te gaan dansen.

Donderdag 7 juli 2011. Op zee

Meteen de eerste reacties rollen al binnen, die van Rob Vredenberg, ’s avonds nadat we Frank in Person hadden bewonderd, van half zeven tot half acht.
Maar eerst hebben we ieder apart ’s ochtends een lezing bijgewoond, ik de volgende van Bill Miller en Jan was die van de bridge les gaan uittesten. Dat was maar eenmalig.
Na deze lezingen was het tijd voor de cha cha. Een eitje voor ons, de passen zitten er toch nog goed in. Mat dank aan de dansschool Schravemaker uit Noord- Scharwoude.
Na een lekkere lunch en een rondwandeling op dek 3 hebben we onze rust genomen met de e-reader in de Explorers lounge. Vanavond is het formal en black and white avond. Dat betekent in het lang en smoking en na het diner is er bal met dansen met de officieren. Jammer genoeg kunnen ze geen van allen dansen, zelfs geen eenvoudige foxtrot. De jonge jongens vinden het vreselijk, zo bekeken te worden en ten dans gevraagd te worden door een vrouw die makkelijk je oma kan zijn. De muziek werd weer verzorgd door het Pasadena Roof orkest en door Frank in Person. Na 12 uur ging er een discobeat in met de Hal Cats, de band van het schip met zangeres. Ook leuk, maar meer voor de jongeren onder ons.
Wij waren wel nieuwsgierig naar de reacties en die stromen binnen. We zijn echte filmsterren en vanaf nu bekend over de hele wereld (ha ha).
We kunnen straks een dvd van het Scheepsjournaal bestellen en dat doen we natuurlijk onmiddellijk. Ik zal nu ook maar mijn leidinggevende inlichten, voordat hij via via hoort dat ik weer een cruise geboekt heb, weliswaar voor over anderhalf jaar, maar toch.

Vrijdag 8 juli 2011 Op zee

Aangezien we in een binnenhut zitten, is het elke ochtend weer een verrassing of we op tijd wakker worden. Gisteren werd het toch wat later en de klok ging dit keer niet een uur terug.
Maar we hadden nog ruim tijd voor een ontbijt. Elke ochtend staat er een grote bak met rood fruit. Eergisteren heb ik me te goed gedaan aan 2 bakjes met frambozen met hüttenkäse, gisteren met reuzenbramen idem dito en vandaag lagen er prachtige aardbeien. Dus nu maar 2 toasts laten maken en er lekker veel aardbeien met suiker opgesneden.
Jan gaat traditiegetrouw elke ochtend voor een kaasomelet. En we drinken er altijd een glas versgeperste sinaasappelsap bij, heerlijk.
Voor het vervolg van de geschiedenis van de oceanliners spoedden we ons dan tegen 10 uur naar de Queens lounge, tegenwoordig Showroom at Sea geheten. En Bill Miller was zelf te laat, dat kan ook niet anders na een spetterend Black and White ball. Maar hij was toch weer lollig. Ik ga hem trouwens wel vertellen dat de naam Hoboken ook in Rotterdam voorkomt. Hij is er in New York geboren, Hoboken New Jersey zoals ze dat noemen. En eerst verklaarde men die naam als een verbastering van een oude indiaanse naam, totdat hij ontdekte dat er ook een Hoboken in Antwerpen bestaat. En nu zal hij weten dat er ook een in Rotterdam bestaat, namelijk het plein achter de Nieuwe Binnenweg aan het eind, daar waar het restaurant Old Dutch ligt. Daar was vroeger het busstation waar bus 42 vertrok naar Zuid, door de tunnel heen. Mijn nicht Ricki kan dat traject uittekenen, want elke zaterdag kwamen wij op visite bij onze opa en opoe Boerwinkel en dan moest je daar uitstappen. Wij uit de tram op de Binnenweg en zij uit de bus op Hoboken. Maar dit terzijde.
En om 11 uur, om het verhaal te vervolgen, hebben wij ons verdiept in de merengue, een snelle Caraïbische dans, erg leuk om te doen en niet moeilijk als je tenminste tot 8 kan tellen.
En na een kop koffie en een lichte lunch, samen met Marius en Ria genoten, maakten wij ons op voor het overhandigen van het gedicht van Jan Prins :”Rotterdam” ingelijst en wel, aan de kapitein, voor dit schip.
Dit gedicht is voor de oorlog door Jan Prins geschreven en gaat over de herinneringen en de geuren van de havens, waar in elke haven apart de goederen ( huiden, fruit, specerijen, etc ) gelost werden.
Het is, ter gelegenheid van de maiden voyage , aan de ss Rotterdam aangeboden door Shell Nederland in 1959. Het origineel heeft altijd in dat schip gehangen, maar is op enig moment overgegaan in particuliere handen en is dus niet meer aanwezig, ook niet op dit schip. Jan kreeg een kopie toegestuurd door een oud-collega die toen, in 1959, op de ss Rotterdam voer en net als alle bemanningsleden een exemplaar van dat gedicht kregen.
En wij vinden het zo apart dat dit nog bestaat, dat we er meerdere kopieën van hebben laten drukken en 2 ervan hebben ingelijst. 1 voor dit schip en de andere voor ons zelf. Die hangen we in onze Rotterdamkamer.
Onze kapitein, Rik Krombeek, nam ons mee naar de stuurhut en liet een fotograaf komen. En na een gezellig praatje is de “overhandiging” vereeuwigd. We mochten ook nog meebeslissen waar het komt te hangen. Dat is dus in de gang van de Pinnaclegrill, naast het Wajangtheater en het hangt daar prachtig. Rik krijgt een ander exemplaar mee voor zichzelf. Hij gaat het later ingelijst op zijn kantoor in Seattle ophangen. Het is toch een stukje historie van de HAL.

Tot aan half vier hadden we even niets te doen, dus dan maar een kop lekkere koffie gehaald in het Explorer’s café, dat ligt in de bibliotheek. Dit was trouwens stampvol met heel veel stil lezende mensen. Wij zijn maar even in de Explorer’s lounge gaan zitten. Je snapt dat alles op dit schip in het teken staat van het ontdekken van de wereld. En hier op dit dek zie je ook veel kunstvoorwerpen staan, overal in het schip overigens. Er hangen hier en daar ook schilderijen van schepen, gemaakt door Stephen Card. Hij is ook aan boord en geeft zo meteen om half vier een lezing over zijn leven en zijn werk. We krijgen wel veel maritieme geschiedenis te verwerken, als je wil. Je kan ook de hele dag bij het zwembad gaan zitten en lekker van de whirlpool gebruik maken. Dat ga ik ook nog wel doen, want dat is ook heerlijk.
Na nog een paar rondjes op dek 3 was het tijd voor Tai Chi, het is inmiddels 17.00 uur. Ria is er al en samen gaan we meedoen. Maar ik moet zeggen dat deze lessen voor mij veel te langzaam gaan. Met Roger op de Amsterdam en de Prinsendam in gedachten en in mijn gebarensysteem is het niet te doen om met deze jonge sportleraar mee te doen. Ik haak dan ook halverwege af. En eigenlijk vraag ik me af hoe zo’n jonge jongen nu al Tai Chi lessen kan geven, als Roger er 25 jaar over gedaan heeft om de houdingen perfect genoeg te krijgen om er lessen over te geven. Roger is er voor naar China geweest en heeft nog steeds een leermeester. Dat is geen vergelijk met wat er hier gebeurt. Ik stop er dan ook me.
Na de laatste kop koffie en wat druifjes gaan we naar de hut om ons te verkleden voor het diner. Het is casual vanavond, dus gewoon een lange broek en t-shirt is voor de heren voldoende en voor de dames is alles goed, als het maar geen sport- of badkleding of zoiets is.
Voor het eten gaan we een drankje doen in de Oceanbar, van 7 tot 8 uur met eventueel een dansje erbij.
De show is van de cast van het schip en gaat over de zangcarrière van 3 dames in de 50-er jaren. Dus kwamen er allemaal oude hits voorbij in een setting van een 50-er jaren keuken. Dat was een feest van herkenning.
Hiermee zit het verhaal van de eerste week er op. Jan mag zijn best doen om het verhaal te verfraaien met mooie foto’s.

Week 2.

Zaterdag 9 juli 2011. Op zee

Cruise Travel, onze reisagent, bood ons een keukentoer aan. We kregen, met een groep van maximaal 15 mensen, een kijkje in de enorme keuken. Alles gaat er gestroomlijnd, ook de roomservice en de Pinnacle Grill en zelfs het Lido op dek 8 wordt vanuit de keuken op dek 4 bevoorraad. Er is een aparte salade uitgifte, een eigen bakkerij en patisserie. Je kan het zo gek niet bedenken of er is aan gedacht. De keukenchef keurt alle recepten die er dagelijks de deur uitgaan. Dat is hem aan te zien. Op de dag van ontscheping worden er wel 600 ontbijten besteld. De dienbladen staan dan tot in de diningroom opgesteld, wat een organisatie. En alles kan, het is geweldig.
Hierna was het weer tijd voor een danslesje. Maar aangezien het de cha cha voor gevorderden was, zijn we niet gegaan. We zijn lekker op dek gaan zitten.
Om 3 uur, met teatime, speelde het Pasadena Roof orkest nog een uur en daar werd volop gedanst.
Met Marius en Ria hebben we een paar rondjes op dek 3 gemaakt en toen was het al weer tijd voor een Tai Chilesje.
’s Avonds was er een goochelshow. Die 2 Nederlandse jongens hadden ook al een paar kunstjes bij ons aan de tafel vertoond en wij wilden ze wel zien optreden. Je weet dat je hun vingervlugheid niet kan bijbenen, maar toch wil je het zien. Ze laten alles zweven, kunnen voorspellen en bankbiljetten laten verdwijnen, enz.

Zondag 10 juli 2011. Op zee

De eerste activiteit wordt steeds later voor ons. We starten om 11 uur met de Argentijnse tango, dat konden we ons nog min of meer herinneren. En Michael en Judith Climer, het dansles echtpaar, slaagt er elke les uitstekend in om ons de passen weer bij te brengen. En dat vonden we erg leuk.
Verder hebben we lekker bij het zwembad gezeten, waar Frank in Person nog een keer een paar nummers liet horen. Jammer genoeg wilde niet iedereen in stilte naar hem luisteren, maar het was toch weer een leuk idee.
Jan ging tussendoor een paar rondjes op dek 9 lopen, lekker in de zon. Zoals je ziet, begint het weer op te knappen. Dat mag ook wel, want in NY is het wel 30 graden.
Ik heb heerlijk ergens in de Explorer’s Lounge in mijn boek zitten lezen. Tot dat het tijd was om ons te verkleden. Het was formel en we waren uitgenodigd om bij de 1e stuurman aan zijn tafel te dineren. Er waren nog 2 stellen uitgenodigd en ook de vrouw van de diningroom-manager, Aart, was ook van de partij. Helaas was Marius erg misselijk geworden en moest hij dit etentje voorbij laten gaan.
Het bleek dat alle tafelgenoten wel iets gemeenschappelijks hadden. Er waren er 3 die Vlaardingen goed kenden, en 2 die de winkels op de Nieuwe Binnenweg ter hoogte van Buning en Determeijer goed kenden, enz. De 1e stuurman, Kevin, is een Belg uit Gent en het ziet er naar uit dat hij de eerste Belgische kapitein bij de Hal gaat worden.
Laat op de avond zijn Jan en ik nog naar het Crow’s nest getogen, want daar was de Hollandse avond gaande. Er was een Heinekentap, haring en Nederlandse muziek. De bediening liep in een oranje t-shirt en het was er bomvol. Erg gezellig allemaal.
Voor een aantal mensen is het de laatste normale avond, want morgen wordt het voor hen inpakken geblazen. Voor Marius en Ria zit het er ook op. Zij hebben nog een leuke 10 dagen voor de boeg in NY, want ze gaan logeren in een van de chicste hotels, het Waldorf-Astoria.
Om 1 uur was het voor ons welletjes. Jan wil altijd nog de mails binnenhalen, speciaal nu we op TV geweest zijn. Er zijn zoveel leuke reacties binnengekomen.
En ik ga natuurlijk mijn boek uitlezen, het is een historische roman over de 80-jarige oorlog van 1571 tot 1573, de tijd van de Watergeuzen en de hertog van Alva met zijn tiende penning. Een Engelse zeerover/ridder ging er met zijn enige dochter van door, hoe romantisch.

Maandag 11 juli. Op zee

Wij hoeven niet naar de ontschepingsbijeenkomst in het theater. Dat doen wij op woensdag de 20ste.
En dus was het tijd voor een andere dans, namelijk de rumba. Die is makkelijk en daarom werd de quick step ( foxtrot) er achter aan gedaan. Wij doen die moeiteloos ( ahem).
Na een lichte lunch, een rijsttafelbordje, gaan Jan en ik naar de laatste lezing, die over de stad New York. Door de luchtvaart zijn de meeste cruiseterminals en andere havengebouwen in verval geraakt, er is van de hele zeevaart in Manhattan niets meer over. De enorme zeecontainers liggen buiten de stad, net als overal. Ook bij ons in Rotterdam liggen de meeste schepen in de Europoort en op de Maasvlakte.
Om een beetje wakker te blijven, gaan we maar eens een espresso/cortado drinken. Daar komen Ria en Marius er ook aan voor een echte kop koffie. Verder is het op het schip maar een slappe hap. Als de Hal meer de Europese markt op wil, moet ze beslist iets aan de kwaliteit van de koffie doen overal op het schip. Ook die ’s avonds na het eten is niet te drinken, zo slap.
Bij het internetcafé heeft Jan gecontroleerd of die minuten mee kunnen naar het 2e deel van de reis. Dat kan. En ik heb nog maar een ander boek gehaald, de colums van Martin Bril over zijn ziekte.
En zo is het alweer avond en zit ik alles van de afgelopen 3 dagen te tikken, voor ik het allemaal niet meer weet. Vanavond treedt het Pasadena Roof orkest nóg een keer op, dansschoenen aan dus. Wat een leuke avonden hebben we er mee. Ik hoop dat ze mee terug gaan en dat ze dan weer spelen.
Morgen moeten we heel vroeg op, want we willen natuurlijk het binnenvaren bij NY niet missen. Uiterlijk 6 uur staan we op de boeg, waar Frank zijn New York, New York ten beste geeft, weer zo’n feest.
Als we aangekomen zijn, gaan wij er als een speer af en op weg naar het Guggenheim museum. Eerst even ontbijten uiteraard en de immigratie zal ook nog wel oponthoud geven. We zullen ons wel allemaal moeten melden en dat neemt veel tijd in beslag. We zullen wel zien. Om 10 uur zullen we toch wel van boord zijn.
We zitten nu aan een wijntje en gaan om 7 uur naar de Oceanbar voor een laatste drankje met Marius en Ria.
We hebben nog heerlijk zitten kletsen. Na het diner was er nog een laatste optreden van het Pasadena Roof orkest en daarbij hebben Jan en ik nog een paar keer leuk gedanst. Niet te lang, want morgenochtend is het heel vroeg dag. We varen al om 6 uur onder de Verrazano brug door en om half zeven langs het Vrijheidsbeeld en dat willen we natuurlijk niet missen. Dus op tijd naar bed en de wekker op 5 uur.

Dinsdag 12 juli 2011. New York

Aankomst in New York, wat een belevenis. Bill Miller staat al vroeg op de brug om ons alles over zijn geboortestad te vertellen en het was allemaal uitstekend te verstaan voorop de boeg.
We kwamen ook nog voor de laatste maal op TV Rijnmond om bij het binnenvaren te vertellen, als zeer ervaren cruisefanaten, hoe het voelt om hier onder de brug en langs het Vrijheidsbeeld te varen. Voor ons is dat het gevoel van verbondenheid tussen Europa en De States. Tenslotte staat er ook een zelfde beeld voor het île de la Cité in de Seine in Parijs, De Fransen hebben ter gelegenheid van het 100-jarige bestaan ( in 1876 ) van de onafhankelijkheid van de VS van Amerika deze kopie geschonken. Dit beeld stond op de wereldtentoonstelling in Parijs en werd na afloop naar New York verscheept en sindsdien is het een “landmark” dat zijn weerga niet kent. Vrijheid is een groot goed en dat ga je pas beseffen als je er in beknot wordt. Het zelfde geldt trouwens voor cultuur.
Om precies 7 uur lagen we aan pier 88/90 aan de kant, recht tegenover de 48ste straat. We konden er al snel af en na het ontbijt stonden we om 8.15 uur buiten.
Ons plan was om eerst een stuk de stad in te lopen en op Madison Avenue of een avenue ervoor een taxi te pakken naar het Guggenheim museum. Dat is toch nog niet open voor 10 uur. Zo gezegd, zo gedaan. Om kwart voor negen zaten we voor het Rockefeller centrum aan een koffie bij “Au bon pain” , zet zo iets als Starbucks.
Na de 5th Avenue ligt Park Avenue en het verkeer in deze straat gaat richting het noorden, dus naar de 88ste straat waar het museum aan ligt. Alle lengte- en breedte straten hebben eenrichtingsverkeer en dat is erg makkelijk.
Je kan zo op straat een taxi aanhouden en om kwart voor tien waren we al bij het museum. Wat een mooi gebouw is het toch, het is helemaal rond gebouwd.
De tentoonstelling die er gehouden wordt, van 24 juni tot en met 28 september is helemaal gewijd aan Lee Ufan, een Zuid- Koreaanse artiest-filosoof. De tentoonstelling heet “Gemarkeerde oneindigheid” en dat wordt hier vaak voorgesteld door grote keien samen met stalen platen of door schilderijen met stippen ( existentie ) of strepen ( leven ) . Dit is zijn vroege werk, uit de jaren 70 en symboliseren anti-autoritaire of anti-koloniale acties.
Lee heeft in Seoul kunst gestudeerd en in Japan filosofie. Belangrijke uitgangspunten voor al zijn werk zijn : materiaal, ruimte en relatie. Het is voor het eerst dat lee in de VS een expositie houdt. In Europa is hij al meer gezien, temeer daar hij een deel van het jaar ook in Frankrijk woont. Op dit moment heeft hij 2 sculpturen op de Biënnale in Venetië staan. Maar ook was zijn werk al in München en in Keulen te zien. Lee Ufan is een van de vooraanstaande moderne artiesten die het minimalisme willen laten zien, de wereld is al veel te vol van allerlei overbodige zaken. Voor verdere informatie is googelen de juiste weg.
Twee aparte zalen waren gewijd aan eigen werk, dat van Kandinsky en veel impressionisten, die geschonken waren door Tannhauser, een rijke galeriehouder. Die schonk in de loop van de jaren vanaf de stichting van het museum in 1959 tot aan de dood van mw. Tannhauser in 1991 veel van zijn eigen bezit om iedereen van te laten genieten.
Om 12 uur waren wij er op uitgekeken en besloten we terug te gaan naar het begin van het Central Park. En met een taxi ben je daar zo. Taxi’s zijn inderdaad makkelijk aan te houden en niet duur. Op de 5th Avenue, de PCstraat van NY dus, hebben we een beetje rondgekeken, het Donald Trumpgebouw bezocht ( en Starbuck’s daarin) en Sack’s, het grote, schitterende warenhuis. De Bijenkorf is er niks bij. Jan heeft er een nieuw luchtje gekocht. Maar een wit smokingjasje is er voor hem niet bij. Daarna was het wel tijd om zo langzamerhand te voet af te zakken naar het schip. We wilden bij de terminal nog proberen om van wifi gebruik te maken. Maar eenmaal op het schip aangekomen, waren we zo bekaf door het gesjouw en de hitte, dat we helemaal niet meer de wal zijn opgegaan. Een koud biertje op het achterdek was een beter idee. En wie zagen we daar als bezoeker van het schip? Willie en Karin Goedeke, de New Yorkers die we van de winter op de Rotterdam ontmoet hebben op de Pcificreis. Zij hadden een echtgenote van een bemanningslid rondgeleid in NY. Maar toch nog leuk dat we ze, totaal onverwacht, ontmoet hebben.
Bij het wegvaren vanuit NY, ook weer zo’n mooi moment, speelde op het achterdek het Pasadena Roof orkest. Helaas gaf tegelijkertijd Bill Miller commentaar op wat je aan de wal allemaal kon zien en daar was geen spelen tegen. Dus na 3 nummers pakten de muzikanten hun spullen maar weer in.
In de tussentijd trouwens, had Jan een fles wijn op de kamer van vrienden van Ruud en Willy laten brengen. Dat was goed gegaan. Nu kijken of de tafelschikking ook gaat kloppen. We hebben bij Giawa aangevraagd of hij vader en zoon Heuvelmans bij ons kon plaatsen.
Dat was dus gelukt en het is heel gezellig met elkaar. Zij vroegen zich af of dit nu wel of niet toevallig was, evenals die fles wijn op de kamer. Zij herkenden ons ook van TV Rijnmond, dat ze via Youtube hadden bekeken.
We hebben nu weer 6 zeedagen voor de boeg, voor we in Cobh, Zuid-Ierland, aankomen.
De klok wordt meteen een uur vooruit gezet en morgenmiddag om 2 uur ook nog een keer. Handig vinden wij dat, zo midden op de dag. De avonden blijven dan lekker lang.

Woensdag 13 juli 2011. Op zee

Het belooft een mooie zeedag te worden, met veel zon. We zijn van plan niet veel te doen. Ik ga alleen naar een informatieuurtje over wat we in Cobh en de grotere plaats Cork kunnen verwachten.
Daarna hebben we lekker genoten van het zonnetje, Jan door op dek 9 rondjes te lopen en ik door op het achterdek 8 op een dekstoel te gaan lezen en wat kletsen met medepassagiers die er ook al vanaf Rotterdam op zitten.
’s Avonds stelde de kapitein weer zijn bemanning aan ons voor en gaf de vaste cast van het schip een buitengewoon goede Broadwayshow weg. Dat was het wel voor deze dag. Er wordt regen en onweer voorspeld. We zien wel, dit zonnetje van vandaag was in ieder geval perfekt.

Donderdag 14 juli 2011. Op zee

Zulk slecht weer is het niet geworden, het is niet koud, maar soms een beetje nat en wel bewolkt. We gaan maar iets voor ons zelf doen. Jan gaat naar een lezing van Bill Miller, ik ken hem al. En ik lees eerst mijn boek uit, dan wil ik wel gaan whirlpoolen, lijkt me erg lekker vandaag. Maar in de hut vinden we een uitnodiging voor een winetasting vanmiddag om 2 uur. Dat wordt nog even geen whirlpoolen en ook geen merengue trouwens.
Na de lekkere wijnen ga ik maar meteen door naar de Dutch high tea voor een lekker kopje thee met boterkoek. Jan wil liever een film over art deco op de schepen zien, ook goed. We zien elkaar bij de koffie op dek 8 bij het zwembad, ik zit dan toch uiteindelijk nog in het bubbelbad. Het zwembad is inmiddels door de enorme deining een heus golfslagbad geworden en de kinderen vermaken zich allemaal prima.
En dan is het weer tijd om ons voor te bereiden op weer een maaltijd en daarna een bezoekje aan de Showroom at sea voor het Pasadena Roof orkest. De dansschoenen aan dus voor een foxtrotje of een walsje. De klok gaat vanavond weer een uur terug en dan zijn we morgen nog -1 uur van Greenwichtijd af. Daarna nog 2 uur te gaan om onze eigen tijd te bereiken.
Voor morgen hebben we een uitnodiging voor een Indonesische lunch, omdat we al vanaf Rotterdam aan boord zitten. Lekker en leuk, toch?

Vrijdag 15 juli 2011. Op zee

De klok had dus een uur gehad en dus gingen we pas na enen naar bed. Maar dat was niet erg, want het ontbijt konden we rustig overslaan. Om 12 uur was er de rijsttafel. Dat was erg lekker met een salade en sator ajam vooraf. Gelukkig hadden we op dek 3 nog 5,5 rondjes gelopen. Dat komt overeen met 3 kilometer. We zagen meteen dat de zon scheen en na de lunch en het opfrissen van de cha cha was het toch wel tijd voor wat zon. Jan ging weer zijn befaamde rondjes op dek 9 lopen en ik nam mijn rust op dek 8. Er stond wel veel wind en daar heb ik een hekel aan. Na het 1 uur te hebben uitgehouden, ben ik een paar tafeltjes opgeschoven. Wat een verademing. Jan had inmiddels een ligbed opgezocht en is nu ook weer lekker bijgekleurd. Nu is het tijd voor een douche en het afmaken van deze week.
Onze tafelgenoten Matthijs en zijn vader Leen Heuvelman gaan we dan weer met het diner ontmoeten. Het is overigens wel grappig dat Leen geboren is in de Korfmakerstraat. Hij heeft alleen op de Dr. H.Colijnschool en de Idenburgmulo gezeten. Het zijn de christelijke varianten van de school De Korf en de Herman Heijerman mulo in dezelfde buurt waar ik opgezeten heb. Hij herinnerde zich dat kleine ijszaakje in de Grote Visserijstraat, dat naar beneden liep. En uiteraard de markt op het Grote Visserijplein en daarvoor in de Spanjaardstraat. De wereld is wel klein zoals je ziet. En dat, terwijl hij al heel lang in Ridderkerk woont en ik ook al sinds mijn 16e niet meer in Rotterdam-west geweest ben.
De show van vanavond is die van de cast en heet “It takes two”’. Daar zullen we maar eens naar gaan kijken. Ik weet niet of de klok nog een uur krijgt, maar dat zien we dan wel.

Zaterdag 16 juli 2011. Op zee

Vandaag hebben we het druk, want er is een mariners party met aansluitend een lunch. We zijn dus van 12 tot 2 onder de pannen. Op de party horen en zien we wie er allemaal heel veel cruisedagen hebben bereikt.
Er zijn heel veel medailles van tenminste 100 dagen uitgereikt. De Amerikaanse cruisedirector kon de Nederlandse namen bijna niet uitgesproken krijgen. Dat had Glenn, onze Dutch speaking cruisedirector moeten doen natuurlijk. Maar het was wel leuk. 2 dames sprongen er wat aantal dagen betrof boven uit. Een Amerikaanse dame, Abigail, heeft al meer dan 1100 dagen, maar Annemarie Bartels spant de kroon met meer dan 1500 dagen. Zij zit minstens van elk jaar een paar maanden op een Halschip en dan in een suite of penthouse. Hier kan niemand tegen op, maar dat hoeft ook niet.
Het Pasadena Roof orkest luisterde de bijeenkomst op. Wij hebben meer dan 400 dagen inmiddels en dat is nog niet genoeg voor de gouden medaille. We hebben nog een paar reizen te gaan. Maar we komen er wel, in 2013 is dat zover.
Na de lunch stond de Argentijnse tango weer op het programma. We waren wat laat, maar konden toch nog bijspringen.
Er stond nog een lekker zonnetje op het achterdek en daarvan heb ik nog geprofiteerd. De wind was wel sterk, maar het ging toch wel.
Jan had weer zijn rondjes gelopen en dat was het wel voor de zaterdag. Tegen vijven kwam de 1e officier vragen of we even tijd hadden om over de brug te lopen. Dat was een goed idee, wij hebben de hele dag tijd zat. Een leuke ervaring en we kregen goede uitleg, vooral over hoe er met de weersvoorspellingen wordt omgegaan. Hoe stel je de vaarrichting vast om het schip in het fijnste weer dat je kan hebben te laten varen. Helaas ontkomen we morgen niet aan een tijdje door de mist varen. Maar voor vandaag kon de kapitein precies op de scheiding van zon en mist varen en dat was op het achterdek mooi te zien. Iedereen was dik tevreden. Zo hebben we vanaf NY toch maar mooi een paar zonnige zeedagen meegenomen.
Wat een druk bestaan hebben we toch. Jan heeft wel moeite moeten doen om week 2 weg te krijgen. De satellietverbinding is vaak erg langzaam. Maar ook dat is weer gelukt.
De show bestond dit keer uit een stel ballroomdansers, een Australische tweeling. Zij dansen al samen sinds de kleutertijd en kunnen het fenomenaal. Toch konden wij de basisdansen niet uit de geshowde dansen halen, het was wel erg ingewikkeld en acrobatisch allemaal. Maar ik kan me voorstellen dat het stel gevraagd is om te helpen bij “Dancing with the stars” in Amerika.
Terug in de hut vonden we een uitnodiging om de controlekamer te komen bezoeken, morgenochtend om half elf.

Week 2

Zondag 17 juli 2011. Op zee

Gelukkig hebben we ons niet verslapen en staan we om kwart over tien klaar bij het frontoffice voor de tour door de controlekamer. Arthur, een leerling machinist, kwam ons halen en daar gingen we met ons zevenen. Eerst inderdaad de controlekamer met het hele regelpaneel, maar daarna mochten we ook naar een gedeelte van de machinekamer. Omdat het mistig was, waren de waterdichte deuren bijna allemaal dicht ( veiligheid ), maar daar waar er een open was, mochten we van de HWTK, Willem Zuidema, wel een blik werpen in dat gedeelte van de machinekamer. Er kan elke dag 500 ton zoet water, drinkbaar ook, aangemaakt worden uit zeewater. Als er niet gebunkerd kan worden, dan is dat dus nodig. Verder zorgen de motoren voor alle voortstuwing, licht, keukens, liften, enz. Het is het hart van het schip. Erg mooi om te zien.
Na de lunch, in de La Fontaine diningroom bij Giawá, en de dansles , de merengue, heeft Jan weer een lezing van Stephan Card bijgewoond. Hij schildert allerlei schepen, op aanvraag, ook die van de Hal. Je ziet ze overal in het schip hangen. Het laatste stukje heb ik ook bijgewoond en daarna ben ik blijven zitten voor mijn eenmalige bingo. Niks gewonnen, natuurlijk.
Jan heeft toch nog zijn rondjes gelopen en toen was het tijd voor weer een cocktailparty. Op naar het Crow’s nest om half acht. Marijn ten Hoeve, de Cruise travelgids, was er ook en zij is heel aardig. Ze gaat het werk van Corrie Broere op kantoor overnemen, de lange reizen. Leuk om zo op het schip kennis met haar te maken. Ze heeft Jan in contact gebracht met Stephan Card. Jan heeft platen van oude schepen en daar heeft Stephan misschien wel belangstelling voor.
De show was weer een medley van oude liedjes, gebracht in een aardige show genaamd ‘Dinner Bells”.
Dit keer hebben we het dessert Extra Vaganza niet overgeslagen. Het zag er weer fantastisch uit en natuurlijk neem je een klein stukje. Jan was sterker en nam niets.

Maandag 18 juli 2011. Op zee

Het is alweer de laatste dag van de gehele oversteek. Wat gaat de tijd toch snel. Vandaag waren we erg laat wakker, maar er is altijd wel wat te eten.
Verder hebben we vanmorgen niet veel gedaan. Jan heeft de was in een waszak gedaan, ik heb 2 dunne boekjes bij de bieb gebracht en toen was het alweer tijd voor een lekkere Indonesische rijsttafel.
De klok gaat weer midden op de dag een uur vooruit, dus om 2 uur is het meteen al 3 uur. Daarom is de dansles al om 1 uur en we gaan wel, want de quickstep is aan de beurt. Wij noemen dat de foxtrot. En hierna kunnen we de les meteen in praktijk brengen, want het Pasadena Roof Orkest speelt weer van 3 tot 4 en die spelen fijne dansmuziek. Leen en Matthijs zitten er ook. Leen kan goed dansen en we hebben tussendoor ook 2 dansje gemaakt. Na vier uur was er in de Showroom at Sea niets meer te doen en bood het orkest aan om nog tot 5 uur door te spelen. Wij zijn nog tot half vijf gebleven. Om 5 uur waren we als mariners met veel cruisedagen uitgenodigd voor alweer een cocktailparty, nu van 5 tot 6. We hebben gezellig met Hanneke, Corine en Henk aangezeten. Laat de bitterballen ( in dit geval de kroketten ) maar doorkomen.
En voor we aan tafel gaan, passeren we nog even het casino. Jan heeft gisteren wat gewonnen en dat gaan we nu maar weer vergokken.
De show van vanavond hebben we na 2 liedjes weer verlaten. Het optreden van Lorna Luft, de andere dochter van Judy Garland, was niet om over naar huis te schrijven.
Dan maar naar de Mixbar, waar Rens, de pianist, met ons gaat samenzingen. Je kan een verzoeknummer indienen, Nederlands of Engels, maakt niet uit.
Morgen komen we in Cork aan, in het zuiden van Ierland.

Dinsdag 19 juli 2011. Cork

De binnenkomst in de mooie baai van Cobh hebben we gemist, maar we waren toch vroeg genoeg op om de trein van half tien te halen. Deze bracht ons naar Cork, de regiohoofdstad. Daar aangekomen hebben we een rondrit van een plaatselijke bus genomen, die ons ook naar Blarney castle bracht. Dit is verreweg het meest bezienswaardige kasteel in heel Ierland, vanwege een mystieke steen. Als je deze steen kust, word je heel welsprekend, heel goed voor politici en aanverwanten. Je moest er alleen wel een nauwe torentrap van 108 treden beklimmen. Wij hebben het hele kasteel trouwens niet bekeken, maar zijn na een bezoekje aan de immense toeristenwinkel weer met de bus terug gegaan naar Cork. Hier hebben we lekker rondgelopen, de Engelse markt bezocht en ook nog aankopen gedaan. Jan heeft 2 mooie overhemden gekocht ( in de uitverkoop) en ik een mooie jurk, bij Thomas Brown, een soort Bonneterie. Natuurlijk hebben we een pintje genomen in een echte Ierse pub. En toen was het tijd voor ons om de trein terug te nemen. Dan hadden we nog tijd over om bij het station de tentoonstelling over de emigratie en de Titanic te bekijken.
Over die emigratie valt veel te vertellen. In de loop van ruim 150 jaar ( van 1802 tot aan 1970) is de helft van de Ierse bevolking naar Amerika, Canada en Australië vervoerd. Van de 6 miljoen waren er dus nog maar 3 miljoen over.
Ierland is pas in 1923 onafhankelijk geworden van Groot- Brittannië. Alleen Noord-Ierland is nog een deel van het Britse koninkrijk. Ierland was gewoon een kolonie en werd vanwege het katholieke geloof van de bevolking erg achtergesteld. Het grootgrondbezit was in handen van Engelsen. De gevangenen werden zonder pardon eerst naar Amerika en na diens onafhankelijkheid naar Australië overgebracht. De omstandigheden waren erbarmelijk en vaak kwam de helft van de mensen niet levend aan.
Toen in de jaren van 1850 tot aan de vroege 20ste eeuw de aardappeloogsten vaak mislukten en er verder niets verbouwd werd, leed de bevolking honger en men stierf er ook menigmaal aan. Ontsnapping aan de diepe armoede en ellende kon eigenlijk alleen door je geluk elders te beproeven en men emigreerde dus graag naar het beloofde land aan de andere kant van de oceaan. Daar had men veel goedkope arbeidskrachten nodig en iedereen die op de boot stapte was er welkom. Pas in 1892 werd er een controle op gezondheid op Ellis Eiland ingesteld. De haven van vertrek was Cobh in het Keltisch en Cove in het Engels, eerst ook nog Queenstown genoemd na het bezoek van koningin Victoria.
De Titanic vertrok van Cobh voor haar catastrofale reis naar New York. Het moest de snelste overtocht ooit worden en de veiligheid en voorzichtigheid werd uit het oog verloren. Men voer in volle vaart boven op een ijsberg en zonk in een paar uur. Er waren niet genoeg reddingsboten aan boord van dit zogenaamde onzinkbare schip. Tweederde van de passagiers en de bemanning overleefde de ramp niet.
Er was een uitgebreide tentoonstelling gewijd aan de geschiedenis van de zeevaart tussen Groot- Brittannië en De VS. Goed om nog eens te zien. Na een flinke cappuccino en een laatste foto van Annie Moore en haar 2 broertjes moesten we maar weer eens aan boord gaan. Annie Moore was op 1 januari 1892 de eerste passagier die via Ellis Eiland de States binnenkwam. Ze werd die dag 15 jaar en nam haar 2 broertjes mee. Op Ellis Eiland staat haar standbeeld ook.
Om half zeven voeren we weg. We hadden nog een half uur op 2 passagiers gewacht, maar die kwamen niet opdagen. Jammer dus voor hen, maar de kapitein vaart gewoon weg.
’s Avonds was het nog een keer formal en het Pasadena Roof orkest gaat nog een keertje zijn best doen. Dat wordt weer dansen. Leen en Matthijs zijn ook van de partij. Leen kan heel goed dansen en dus had ik nu 2 danspartners, leuk hoor.
De pianobar met Rens is ook heel in trek en er worden heel wat meezingers ten gehore gebracht, zoals : Twee ogen zo blauw, Diep in mijn hart, Als ik 2 maal met mijn fietsbel bel, Wie is toch Loesje, Als de lente komt, en ook veel Engelstalig werk.
Het kan nog een keertje laat worden, de klok krijgt ook nog een uur, dan is het meteen midden in de nacht. Toch kon het en we hebben toen net zo lang naar de herhaling van TV Rijnmond gekeken dat we ons interview tegenkwamen. Dat was kicken zeg.

Woensdag 20 juli 2011. Op zee

Net op tijd opgestaan om het vaarwellied te zien dat door het voltallige personeel, als afvaardiging, voor ons gezongen wordt.
En dan is het inpakken geblazen, wat jammer nou. Jan doet altijd het papierwerk en het bureautje opruimen en ik heb mijn handen vol aan het inpakken van de koffers. Bijna alle kleding is schoon en ik kan de koffers zo inpakken, dat ze weer mee kunnen als we zaterdag naar Venetië gaan om in te schepen op de Nieuw Amsterdam. We varen dan naar de Oost Middellandse Zee en Istanbul.
Arie Niewland, de diningroom manager, heeft er bij de Hal 50 jaar opzitten en mag met pensioen. De hele eetzaal zingt hem toe “Bloed, zweet en tranen” van Hazes. Iedereen zingt mee en hij vindt het prachtig. Wat een happening.
We proberen vroeg naar bed te gaan, want we willen morgenochtend vroeg opstaan om het binnenvaren van de Nieuwe Waterweg mee te maken. Het wordt toch nog 12 uur en de nacht is kort.

Donderdag 21 juli 2011. Rotterdam

Ik blijf nog tot half zes liggen en zie net Maassluis voorbijgaan.
Om precies zeven uur legt de kapitein het ms. Rotterdam aan de Wilhelminapier aan.
De klassieke overtocht zit er op, wat hebben we genoten.
Kevin komt ons met de auto van Marius halen en brengt ons naar oom Anton.

Uitreiking van het gedicht “Rotterdam” van Jan Prins aan Captain Rik Krombeen.
Deze prentdicht werd door Shell Nederland uitgegeven ter gelegenheid van de eerste afvaart van het ss “Rotterdam” op 20 augustus 1959.

Het gedicht van Jan Prins:
“ROTTERDAM”

Te Rotterdam ben ik geboren
Onder de adem van de Maas
En liep ik, met mijne eigen stilte,
Temidden van het straatgeraas.
Van zwaarbespannen sleperswagens
Ben ik er passagier geweest.
Door heel de stad heb ik gezworven,
Maar aan de kaden toch het meest.
Daar lag de stoet uit alle streken,
De klipper en de keulenaar,
Het driemastschip, zijn tuig ten hemel,
En de ertsboot, vol en breed en zwaar,
De Lloyd-vloot, met provincie-namen,
Alle elf, als ik mij niet vergis,
De Caland en de Lady Tyler,
De Scholten, die gebleven is.
Daar lagen zij, voor alle verten
Gereed, elk in zijn eigen pracht.
’t Is me, of ik nog hun stem hoor loeien
Ten afscheid in de winternacht.
Maar dit ook is, wat uit die jaren
Het weerzien mij tebinnen brengt,
Dat alle geuren uit de wereld
Daar met elkaar waren gemengd.
Naar koffie rook het bij de Draaisteeg,
Aan ’t Oude hoofd naar teer en touw,
Naar copra langs de Spoorweghaven,
Naar huiden op de Terwenakker
En aan de Haringvliet naar kaas.
Dan was de lucht van gist of olie
En dan van jute weer de baas.
Dan waren het de specerijen
Uit Bombay of Batavia.
Naar schapen rook het in de Boompjes
Naar uien op de Spaanse Ka.
Aan ’t Nieuwe Werk geurden citroenen
En bij het Entrepôt tabak.
Kortom, er valt geen reuk te ruiken,
Die aan dit havenbeeld ontbrak.
Maar later, toen ik op mijn tochten
In aller Heren landen kwam,
Kon het mij dikwijls overvallen:
Hier ruikt het als in Rotterdam!
En daarmee kwam dan in zijn volheid
Dat ene beeld mij voor de geest,
Waartegen zich ons leven tekent:
De stad, waar men is kind geweest.
Het is, of vanuit deze haven
Iets over heel de wereld drijft
Waardoor, waar u het lot mag voeren,
Ge toch binnen haar omtrek blijft.
Het is of, met haar lucht en water
En wind, zij ons heeft opgevoed
In ruimte en vergezicht, de kusten
Van onze toekomst tegemoet.
Vaart ge naar Sidney of naar Kaapstad,
Naar Kobe of naar Baltimore,
Vaart ge onder alle hemelsbreedten,
Vaart ge alle wereldzeeën door,
Nooit voelt gij u geheel verlaten,
Als hier uw mens-zijn aanvang nam,
Door wat van kindsbeen af u eigen
En lief was. Dàt is Rotterdam.

Jan Prins

Rotterdam-Southampton 224 NM / 7,5 knots
Southampton- New York 3136 NM / 20,0 knots

De scheepsofficieren:
Master: Rik Krombeen,
Hotel Manager: Hans Denison,
Chief Engineer: William Zuidema,
Chief Officer: Robert Fronenbroek,
Environmental Officer: Hana Lukacs,
Cruise Directors: Dan Bernbach & Glenn Coenen,
Purser: Carol Lagmay,
Security Officer: Dennis Superable,
Guest Relations Manager: Liesbeth Soors,
Culinary Operations Manager: Ricardo Pijpers,
Dining Room Manager: Aad Niewdorp,
Executive Chef: Andreas Noemayr,
Chief Housekeeper: Agnello De’Souza.

Inhoudsopgave

Galerij

Op de hoogte blijven?

Vul je e-mailadres in en ontvang een notificatie zodra er een nieuw verslag online komt.
Scroll naar boven